Ontlastingsincontinentie: leer alles over ongewenst ontlastingsverlies

Wat komt er kijken bij de behandeling van ontlastingsincontinentie? In deze e-learning leer je alles over deze behandeling, de verschillende vormen van ontlastingsincontinentie, de juiste toilethouding en het opstellen van een behandelplan.

Vind je deze e-learning interessant? Bekijk dan eens de e-learning over huidletsel, IAD en smetten!

Deze e-learning is geaccrediteerd bij Optimafarma & NVFZ.

Hieronder lees je waar de e-learning over gaat.

ontlastingsincontinentie ongewild ontlastingsverlies


Wat vind je in deze e-learning?


Ontlastingsincontinentie

Ontlastingsincontinentie komt bij 10% van de mensen voor. Vrouwen en mensen boven de 60 jaar krijgen vaker last van ontlastingsincontinentie. Dit noem je ook wel fecale incontinentie. In veel gevallen vormt het niet alleen een hygiënisch probleem, maar ook een sociaal probleem.

Spijsverteringskanaal

Door middel van peristaltiek gaat voedsel door het spijsverteringskanaal. Dit gehele proces duurt ongeveer 24 tot 72 uur. Kleppen bewegen het voedsel van het ene naar het andere deel van het spijsverteringskanaal. Deze kleppen heten sfincters.

De dunne darm is 2 centimeter breed en 6 tot 8 meter lang. In de dunne darm worden de voedingsstoffen uit het voedsel gehaald en opgenomen. De dunne darm bestaat uit meerdere delen:

  1. De twaalfvingerige darm
  2. De nuchtere dam
  3. Het Ileum

De dikke darm heet ook wel het colon. De dikke darm is ongeveer 2 meter lang en 6 tot 7 centimeter breed. In de dikke darm worden afvalstoffen verwerkt. Wanneer deze afvalstoffen in het rectum terechtkomen, wordt er een signaal naar de hersenen gestuurd. De anale sluitspier gaat open om de ontlasting door te laten. De dikke darm bestaat uit meerdere delen:

  1. Het caecum
  2. Het colon ascendens
  3. Het colon transversum
  4. Het colon descendens
  5. Het sigmoïd

Vormen van ontlastingsincontinentie

Ontlastingsincontinentie wijst vaak op een andere aandoening. Er zijn een aantal veelvoorkomende soort ontlastingsincontinentie:

  • Fecale incontinentie: ongewenst verlies van ontlasting
  • Anale incontinentie: ongewenst verlies van ontlasting of winden
  • Passieve incontinentie: ongewenst en onbewust verlies van ontlasting of winden
  • Overloopincontinentie: ongewenst verlies van waterige ontlasting. Dit komt door verstopping van de harde ontlasting

Hieronder vind je een lijstje met de meest voorkomende oorzaken van ontlastingsincontinentie.

  • De anale sluitspieren zijn beschadigd
  • De anale sluitspieren of de zenuwen zijn beschadigd door een bevalling
  • De anale sluitspieren of zenuwen zijn beschadigd door anale chirurgie

Juiste toilethouding

Een juiste toilethouding is belangrijk om de ontlasting soepel te laten gaan. Hieronder vind je een stappenplan voor de juiste toilethouding. Dit stappenplan kun je delen met jouw cliënt.

  1. Leun voorover met je handen op je dijen.
  2. De knieën moeten hoger zijn dan de heupen. Een krukje kan hierbij handig zijn.
  3. De voeten moeten op de grond of op het krukje staan.
  4. Haal diep adem
  5. Rek de buikspieren naar voeren. Let op: het is niet de bedoeling om de buikspieren aan te spannen.
  6. Het is noodzakelijk om de anale sluitspier vervolgens te ontspannen. Zo worden de billen geopend en kan de ontlasting eruit.
  7. Neem nog eens diep adem. Zo komt er meer druk op de onderbuik. Dit zorgt ervoor dat er druk naar beneden gaat richting de anus.


Doel van intake/continentiebeoordeling

Er is een aantal redenen voor een continentiebeoordeling, ook wel intake genoemd. Ten eerste is het belangrijk om de aard en omvang van het probleem te bekijken. Ten tweede wordt tijdens de intake gekeken naar een uitgangssituatie. Wanneer kan de situatie voldoende gemonitord worden?

Daarnaast is het belangrijk om tijdens de intake een accurate diagnose met bijbehorend behandelplan te bepalen. Tot slot worden factoren geïdentificeerd. En wordt er gekeken of de cliënt moet worden doorverwezen voor eventueel verder onderzoek en behandeling.

Onderzoek darmen

Het onderzoek naar de darmen omhelst verschillende onderdelen. Hieronder vind je alle onderdelen op een rijtje.

  • Voorgeschiedenis van de cliënt op medisch, verloskundig en chirurgisch gebied
  • Voedings- en vochtinname
  • Inname van geneesmiddelen
  • Allergieën
  • Dagboek voor inzage in de invloed van voeding op de ontlasting
  • Monster van de ontlasting
  • Invloed op de levenskwaliteit
  • Invloed van de mobiliteit op het op tijd bereiken van het toilet
  • Darmdagboek om de darmgewoonten te onderzoeken
  • Bristol-stoelgangschaal

De Bristol-stoelgangsschaal

De Bristol-stoelgangsschaal helpt om de soorten ontlasting te kunnen onderscheiden. De classificatie gebeurt op vorm en consistentie. Het doel van de schaal is om te meten hoe lang het voedsel erover doet om het lichaam weer te verlaten. De vorm van de ontlasting is belangrijk om vast te stellen waar het spijsverteringsprobleem zit.

  • Type 1: keutels
  • Type 2: als een worst, met klontjes
  • Type 3: als een wordt, met barstjes
  • Type 4: als een worst, glad
  • Type 5: zachte keutels
  • Type 6: papperig
  • Type 7: vloeibaar

Type 3 of 4 is normale ontlasting. Type 1 en 2 behoren tot obstipatie. Type 5, 6 en 6 behoren tot diarree. In de e-learning lees je meer over diarree en obstipatie.

Een monster nemen van de ontlasting kan helpen bij het vinden van de aandoening. In deze e-learning leer je daar meer over.


Behandelplan

Om fecale incontinentie te beperken of zelfs te verhelpen, kunnen bepaalde methoden worden overwogen.

  • Aanpassing in de leefstijl van de cliënt. Bijvoorbeeld het minder eten van zout, suiker en vet. Ook minder cafeïne en genoeg vocht binnenkrijg is belangrijk.
  • Na het ontbijt de darmen legen kan helpen. Ook is het belangrijk om de juiste toilethouding aan te nemen als je de darmen gaat legen.
  • Bij een roep om de darmen te legen moet dit niet genegeerd worden
  • Operaties zijn een mogelijkheid.
  • Oefeningen voor de bekkenbodemspier en de anale sluitspier
  • Je kan je lichaam trainen om een regelmatige stoelgang aan te houden door dagelijks op dezelfde tijden naar het toilet te gaan
  • In de e-learning wordt dieper ingegaan op geneesmiddelen bij ontlastingsincontinentie.
  • Incontinentiematerialen

Het is belangrijk om het behandelplan te evalueren. Hierover lees je meer in de e-learning.

Autonome dysreflexie

Autonome dysreflexie kan levensbedreigend zijn. Let op de tekenen en symptomen die het risico kunnen verhogen. In de e-learning wordt verder ingegaan op autonome dysreflexie.

Geneesmiddelen

Er zijn meerdere geneesmiddelen die ingezet kunnen worden bij fecale incontinentie. Dit is uiteraard afhankelijk van de oorzaak.

  • Geneesmiddelen tegen diarree
    Zorgt ervoor dat er meer water uit de ontlasting opgenomen kan worden.
  • Massavormende middelen
    Voor als de patiënt vloeibare ontlasting heeft.
  • Osmotische laxeermiddelen
    Zorgt ervoor dat de ontlasting zachter wordt.
  • Macrogol
    Zorgt voor verzachting, hydratering en vergroting van de massa van de ontlasting.
  • Zetpillen en klysma’s
    Geschikt wanneer er gelijk resultaat nodig is.
  • Chirurgische interventie
    Geschikt wanneer geneesmiddelen en conservatie methoden geen effect hebben op de fecale incontinentie.

Vind je deze e-learning interessant? Bekijk dan eens de e-learning over urine incontinentie.