3.13 Urineonderzoek
Een eenvoudige urineonderzoek kan onderliggende aandoeningen aan het licht brengen en moet worden beschouwd als een belangrijk onderdeel van het beoordelingsproces.
- Troebele urine: indicator van infectie. Als urine lange tijd blijft staan, slaan de deeltjes in de urine neer en vormen sedimenten.
- ’Melkachtige’ urine: aanwezigheid van spermatozoa, onoplosbare fosfaten of infectie.
- Infectie (met Pseudomonas): geelzucht, bilirubine of geneesmiddelen kunnen de kleur blauw/groen kleuren.
- De aanwezigheid van bloed of sterk gekleurd voedsel: zoals rode bieten, kan de kleur van de urine veranderen in roze of rood.
- Als de urine bruin/zwart wordt nadat deze is blijven staan, kan dit wijzen op alkaptonurie, kwaadaardig melanoom of de aanwezigheid van myoglobine.
- Chloroquine, vitamine B-complex en te grote hoeveelheden bilirubine kunnen de urine geel doen kleuren.
- Door geneesmiddelen kan de kleur van deze urine oranje zijn geworden. Dit zijn onder andere antrachinonen, rifampicine of een teveel aan urobilinogeen.
- Door ziekten van de galblaas en de lever en door bepaalde geneesmiddelen, waaronder levodopa, metronidazol, nitrofurantoïne en kinine, kan de urine bruin worden.